zaterdag 8 augustus 2009

Klaar voor de eilanden





Gisterenavond hebben we ons even in het Aziatisch vertier bij uitstek gestort: karaoke. Neen, zelf zingen hebben we niet gedaan. We hebben geobserveerd hoe je hier staande ovaties kunt krijgen als je kattenvals begint te zingen. Het is gewoon fenomenaal en dat gekweel heeft volgens ons onherstelbare schade aangericht aan ons goed ontwikkeld muzikaal gevoel. Kota Kinabalu is een vrij grote stad en ze ademt dan ook uit wat Azië anders maakt dan andere continenten. Je moet hierheen komen om te begrijpen wat we bedoelen. Het is een mix van allerhande elektronische spulletjes en gadgets, massa's kitch en levende reclame. Zo wandelden er gisterenavond plots 2 kortgerokte deernen de karaokebar binnen met draagbare en flashy verlichte vitrines vol lokale sigaretten. "Zou je die niet eens proberen?", vroeg Christel. En ik zei natuurlijk direct ja. Ze had het echter niet over de verkoopsters. Klein misverstandje dat al lang weer goedgemaakt is ;-)

In de voormiddag gingen we op wandel langs de zeekaai. Een veelheid van kraampjes en stalletjes stonden er op ons te wachten: verse vis en kreeftjes in de mooiste tropische kleuren, vieze gedroogde zeekomkommers ( very nice to make soup sir), 1000 keer dezelfde souvenirs voor de kuddes toeristen en heel wat dingen waar we de naam niet van kennen. Er is een binnenmarkt voor groenten en kip maar die lieten we na enkele minuten voor wat ze was. De geur van de rauwe kippen, volledig of verdeeld in alle mogelijke onderdelen, was echt misselijkmakend. Hier in Maleisië overdrijven ze over de Mexicaanse griep (Er heerst een collectieve smetvrees die lekker aangemoedigd wordt door de Eerste Minister en de pers. Er zijn 27 miljoen inwoners, 1400 gevallen van de griep en, hou je vast, 14 doden tot op heden. In de pers roept de regering op om alle geplande bijeenkomsten af te gelasten!? Elke dag zie je meer mensen met de gekende mondmaskertjes.) maar van Europese normen inzake voedselveiligheid is in de verste verte geen sprake. Al vinden wij al langer dat men in Europa zwaar overdrijft wat de voedselveiligheid betreft.

Leuk was wel dat we op een marktje eindelijk wat Salak, ook snakefruit genoemd, vonden. Een heel speciale vrucht met een schil als slangenhuid. Wat de smaakt betreft, die zit tussen zoete meloen en lichi. Ik leerde die kennen in Indonesië en had die sinds vorige zomer niet meer geproefd.

Na het nuttigen van heerlijk vers geperst vruchtensap gingen we richting Jesselton Point, de plaats van waaruit de speedbootjes vertrekken naar de eilanden voor de kust. We hebben inlichtingen ingewonnen en weten nu dat 90% van de toeristen kiezen voor de 2 grootste eilanden: daar staan restaurants en dergelijke dingen meer.
Niet ons ding dus varen we morgen voor dag en dauw naar een klein eilandje met enkel palmbomen, wit zand en een koraalrif vlak voor de kust. De rest van de dag brachten we door met het inslaan van mondvoorraad en enkele benodigdheden voor het snorkelen.