woensdag 5 augustus 2009

Slangen, apen en afzien in het Bako National Park










Vandaag was echt een dag om naar uit te kijken. We hadden via ons hotel een dagtrip geboekt naar het Bako National Park, het oudste en tezelfdertijd kleinste nationale park van Borneo. Zelf organiseren was niet aangewezen. Je moet per auto zo'n 35 minuten rijden vanuit Kuching. Op zich niet zo moeilijk maar er staan geen wegwijzers langs de wegen. Het park is enkel te bereiken via de zee. Dus moet je een jetty (klein snel bootje) zien te organiseren dat je er heen brengt en dat je vooral ook weer komt oppikken. Voor zo'n 200 Maleisische Ringgit (een kleine 40 euro)werden we door een vrolijke Chinees per minibus over hobbelige wegen naar het park gebracht, hadden we een privé jetty met bestuurder en een gids ter beschikking voor de ganse dag. Een middagmaal (rijst, noedels, fruit en allerhande niet nader te definiëren bereidingen) en de toegang tot het park waren eveneens inbegrepen. Qua prijs-kwaliteit kon dit wel tellen.

Een meevaller was ook het feit dat, behalve wij, alleen een sympathiek Italiaans koppel dezelfde trip geboekt had. Als je wat wildlife wil zien loop je best niet met een bus lawaaierige Nederlanders rond in de jungle.
[En nu hebben wij niets tegen Nederlanders maar diegenen die er rondliepen deden hun reputatie alweer een bedenkelijke eer aan. " KIJK HARRY, DAAR ZIT EEN NEUSAAP. WAT ENIG !!!! OOO, NU LOOPT DIE WEG !!!" Natuurlijk loopt zo'n wild dier bij zo'n kabaal weg voor je het kunt fotograferen :-/ Die noorderbuurvrouw wenste ik op dat moment echt van harte een plaatsje in een bloedhete, kapotte personenwagen met bijhorende sleurhut toe op de pechstrook tussen Lyon en Orange ]

Met z'n vieren stapten we in de jetty en we maakten kennis met onze gids. Het vervoer van en naar het park en het gidsen van bezoekers zijn een belangrijke bron van inkomsten voor de vissersgemeenschap die nabij Bako leeft. Zo heeft de Britse professor (die indertijd het nationale park opgericht heeft) het ook gewild. De mensen leven letterlijk van het natuurbehoud.

Wegens het lage tij konden we niet aanmeren aan de houten kade. Dan maar schoenen uit, overboord gestapt en letterlijk op het strand geland zoals in de piratenfilms. Dat was eigenlijk wel een leuke ervaring. Met onze blote tenen tussen honderden minikrabben die hun uiterste best deden om hun holletje in het zand te bereiken alvorens ik mijn maat 44 neerzette. Onze gids deed het prima om de 'Borneo Adventure' toeristen te vermijden en ons naar zeer interessante en rustige locaties te brengen. We kregen direct de Neusapen (Nasalis larvatus) te zien die in de bomen rond het bescheiden bezoekerscentrum zaten te fourageren. Hun naam hebben ze echt niet gestolen. En het stelen lieten ze over aan de vele langstaartmakaken die vrij agressief het eten van niets vermoedende bezoekers kwamen wegpikken.

Na wat rondwandelen kregen we enkele groene Wagler's Pit Vipers (Tropidolaemus wagleri)te zien, mooie limoengroene en zeer giftige slangetjes die op en rond de takken lagen te rusten. Op zo'n momenten komt een 180mm Macrolens goed van pas. Kwestie van een veilige afstand te kunnen behouden tijdens het maken van wat plaatjes. Maar met gevaar voor eigen leven ( ;-) is het me toch gelukt om deze mooie slang op de gevoelige sensor vast te leggen.

De giftige adders gaven ons voldoende adrenaline in het bloed om aan het zwaarste stuk van de dag te beginnen. Een klim van 400 meter door het oerwoud, over een pad door de natuur gemaakt van kronkelende wortels van Meranti bomen en ficussen allerhande. Met rond je tenen mieren van enkele millimeters tot enkele centimeters groot. Een zo'n mier was zelfs in de jeans van onze gids gekropen en zat hem in zijn zitvlak te bijten. Die spurtte snel de bosjes in om zich op zedige maar vooral snelle wijze van het ondier te bevrijden. Yep, in het oerwoud maak je wat mee.
Vastgrijpen aan de takken rond je heen tijdens de klim is ook niet zo'n goed idee omdat veel van die oerwoudplanten lange en vlijmscherpe stekels dragen.
Op zich is 400 meter klimmen nu niet zo'n uitdaging, maar bij 37°C in de schaduw en 100% luchtvochtigheid is het gewoon de hel. Het was echt afzien en we voelden gewoon de energie uit ons lichaam wegtrekken. Hadden we maar wat meer gegeten bij het ontbijt, want onze suikers waren op toen we het bloedhete plateau bereikten op de top.

En waarom moesten we klimmen? Om de vleesetende bekerplanten (Nepenthes) in hun natuurlijke omgeving te kunnen zien. En dat was, zeker met de info van onze goedmenende, snijtandloze, gids echt de moeite van het klimmen waard. 5 verschillende soorten op een oppervlakte van een paar honderd vierkante meter, ook hier toonde Borneo zich van zijn meest gevarieerde kant.

Na de minstens even vermoeiende (en vrij gevaarlijke) afdaling door het regenwoud gingen we iets eten. Eindelijk suikers, we voelden ons direct weer wat opfleuren. Het gaf ons net genoeg energie om via een houten pad boven de door het getij onderlopende mangrovebossen onze jetty te bereiken. Rustig laveerde onze bestuurder de jetty tussen de hoge mangroves om dan, na het bereiken van de volle zee, alle PK's open te gooien. Tussen het opspattende water van de Zuid-Chinese Zee bereikten we de beroemde rotsen die door erosie allerhande vormen hadden gekregen. Het uitzicht was puur Expeditie Robinson, ons uitgeputte gevoel achteraf ook.

Ja, ik heb weer een paar keer gevloekt op de kilo's lenzen in mijn rugzak. Maar de unieke beelden die ik vandaag kon schieten maken dat allemaal goed. Met veel dank aan Christel natuurlijk die het o zo nodige drinkwater meesleurde en mijn boetetocht (die van Veurne is er niets tegen) draaglijker maakte door af en toe een zware lens mee te sleuren. In Ierland levert de beklimming van de heilige berg 'Croagh Patrick' een paar jaar absolutie op voor de zonden die je nog moet begaan. Ik ben op Croagh Patrick geweest en als ik die klim vergelijk met wat we vandaag gedaan hebben dan zijn we goed voor de komende 15 jaar stevig zondigen. Met volledige absolutie erbij en 12 volle aflaten er zomaar bovenop. Pfft, zo afzien voor een vleesetende plant. We zijn eerlijk gezegd gelukkig dat we dit allemaal met eigen ogen mogen zien en dit allemaal mogen beleven. En wat dat zondigen betreft ... daar schrijven we lekker niets over op deze blog ;-)